Mariska de Groot (1974), fluisterdichter. Haar taalgebruik is eenvoudig en toch gelaagd. Haar woordvondsten zijn vernieuwend, gekunsteldheid of clichés ontbreken. In de uitvoering van haar fluisterdichterschap als straattheater of op festivals ontpopt Mariska zich als een ontwapend kunstenaar. Staand op een ladder fluistert zij gedichten in het oor. Geeft de luisteraar zich gewonnen, dan is dit een betoverende presentatievorm. Poëzie, gedichten, light verse, vrij werk en toegepaste kunst.
Jij denkt dat ik voor je koffie kom. Maar ik kom voor je lepeltje. Lepeltje lepeltje
zaterdag 17 december 2016
Deventer
Labels:
deventer,
Dickens,
Dickens festival Deventer,
GAE,
gedicht,
poezie,
Ruimte voor de rivier,
Welle
donderdag 24 november 2016
Verboden vruchten
Niet gekust
Die ontbrekende kus
Is de kusWaar ik het meest aan dacht
Wakker van lag
Vaker mijn hoofd passeerde
Dan mijn lippen
Hij zou niet volmaakt zijn
Wij waren dat
Verre van
Omdat het niet gebeurde
Wij verstandig waren
We pakten geen hand
Spraken niets uit
Liepen slechts
Onze blikken vooruit
Hou van mij, wilde hij ook
Deze dag, alleen voor deze ene middag
Dit uur, dit moment dan
Niets, niets van dat
Zei ik, zei hij
Onderwijl praatten wij
Zeiden niets
Vaker aan die kus
Dan aan elk ander
woensdag 12 oktober 2016
Tederheid van een zoetwatermossel
Tederheid van een
zoetwatermossel
Ik dacht niet eerder aan tederheid van de zoetwatermossel
Ik dacht eerder niet aan de zoetwatermosselTot ik de schelp vond
De lege schelp
Schaduwtrekkend op de oever
Zon licht doorlatend
Hoe goed de schelp was geweest
Voor de zoetwatermossel
‘Wees niet bang, mossel’,
‘Ik ben er’
En de mossel was niet bang
Die dag die kwam
Was het een eend, een zwaan
Was het ouderdom dan
Maar de schelp was niet bang
Het was zo goed geweest
De mossel was zoet geweest
Mariska de Groot,
Fluisterdichter
Labels:
Ossenwaarde,
poezie,
wandelen,
zoetwatermossel
maandag 5 september 2016
Schaapje wilde naar zee
Het was een mooie zonnige dag
Hij nam een vlieger mee
Onderweg liep hij langs een koe
Bee, bee, bee, zei het schaap
‘Ga je mee, ik ga zwemmen in de zee’
Boe boe boe, zei de koe
‘Ik wil wel mee, zwemmen in de zee.
Wacht even, dan neem ik een strandbal mee’
Daar gingen het schaapje en de koe
Samen was leuker, naar de zee toe
Onderweg kwamen zij een varkentje tegen
Bee, bee, bee zei het schaap
‘Ga je mee, wij gaan zwemmen in de zee’
Knor knor knor, zei het varken
Ik wil wel mee, zwemmen in de zee
Wacht even, dan neem ik een picknick mee
Daar gingen drie vrienden, op weg naar de zee
Onderweg kwamen ze langs een molletje
Het molletje was stil en keek door een dikke bril
Het schaapje zei ‘Molletje, molletje, ga je mee?
Wij gaan zwemmen in de zee’
Het bleef even stil en toen zei het molletje
‘Nee, bedankt, ik blijf liever in mijn donkere holletje’
Zonder het molletje, want die ging niet mee
Liepen ze verder, op weg naar de zee
In de duinen kwamen ze een konijntje tegen
Bee bee bee, boe boe boe, knor knor knor
‘Ga je mee, wij
gaan zwemmen in de zee?’
Snuf snuf snuf, zei het konijn
Dat is een leuk idee. Ik pak een parasol en dan kom ik
mee
Het schaapje, de koe, het varken en konijn
Ze zwommen in zee
De vlieger vloog hoog, de bal ging met een boog
De picknick ging op onder de parasol van konijn
Toen ging de zon onder
Het was reuzefijn
Labels:
kind en poezie kindergedicht
woensdag 8 juni 2016
Twittergedichten
'Uit het leven gegrepen' in 140 tekens
'Uit het leven gegrepen' in 140 tekens
Feest is geweest
Verschaalde afwas
Verstomde stemmen
Echoënd in duf hoofd
Tijd om op te ruimen
Let's get the party started
Met een sopje
Teenslippers
Moestuin
Vogelnesten
Aardbeien
Aspergetijd
Zwaluwzwermen
Muggenstift
Én ik doe aan de lijn:
Zal wel bijna zomer zijn
Hij scheert zich voor de eerste keer
Ik kijk slechts
Tussen tafellaken en servet
Hij schaamt zich dood
Onder mijn natte ogen-blik
Groot
Vlindertuin
Wie van bloemen en het geluid
Van zoemen houdt
Van vlinderslag en vingerhoedskruid...
Treedt binnen door beschutte poort
Een geheime tuin wordt er onthuld
Voetje voor voetje over het pad
Tussen aardbeienveldje
En klein hoefblad
Een kikker die springt
Ineens ver van de stad
Waar niemand zich stoort
En alles groeit
Wie van bloemen en het geluid
Van zoemen houdt
Van vlinderslag en vingerhoedskruid...
Treedt binnen door beschutte poort
Een geheime tuin wordt er onthuld
Voetje voor voetje over het pad
Tussen aardbeienveldje
En klein hoefblad
Een kikker die springt
Ineens ver van de stad
Waar niemand zich stoort
En alles groeit
Abonneren op:
Posts (Atom)